Op naar de aparte zebra’s in Mountain Zebra NP
dinsdag 10 november 2015
Van Malealea in Lesotho naar Cradock in South Africa
We konden pas om half acht eten, maar de toast liet op zich wachten … poko poko … om 8 uur op weg!
Dirty road … je geit stuur je niet eens hier over heen. Om 8.40 uur zijn we het eerste gedeelte over ( 7 kilometer gereden in 40 minuten … lekker snel én een gratis massage, hahaha). We zien de golfplaten hutjes, winkeltjes langs de kant van de weg zo ook een “hair salon” … je kunt het je niet voorstellen dat dat gevestigd is in zo’n verroest hokje van 2 bij 2 meter.
In dit gedeelte zie je veel boeren met een vol bepakte wagen met 2 ossen of ezels ervoor. Verderop rijden we de Maloti route, een geasfalteerde weg.
Vandaag gaan we naar Cradock zo’n 400 kilometer naar het zuidwesten en komen door Aliwal North (dezelfde weg als we 3 dagen geleden hebben gereden).
Om 9.52 zijn we bij de Van Rooyenshek Border Post. Het uitreizen gaat een stuk sneller dan heen het land Lesotho in. 3 minuten later en ieder 4 stempels rijker in 2 aparte hokjes rijden we de Free State provincie in, het land van de Xzoza. We zijn weer in Zuid Afrika!
We rijden over een spoorrails, afgedankt maar nog wel stukjes rails en een seinpost. In Aliwal North getankt en proberen cash te pinnen. Dat gaat dus niet lukken. We rijden de R 58 op richting Burgersdorp en zijn inmiddels 4 uur onderweg en hebben pas 180 km gereden.
Net na Aliwal North weer een krottenwijk. Het went echt niet … tranen schieten me in de ogen. We hebben op de kaart een andere route uitgezocht. Is maar goed ook want de route die we meegekregen hebben zijn alle drie dirty roads. Wij crossen nu met 120 over een geasfalteerde tweebaans weg (met potholes) om even wat tijd in te halen.
Om half 2 zien we dat we nu precies 3000 km hebben gereden hier in Z-Afrika en Lesotho.
Het is erg rustig op de weg. De R56 en de R 390 ..... we komen af en toe een auto tegen. Links en rechts van ons zijn er uitgestrekte vlaktes met termieten nesten, heuveltjes en kleine bomen en op de achtergrond zien we bergen. Voor ons één lange weg naar Cradock.
Nog zo’n 80 kilometer te gaan.. In Hofmeyer foto’s gemaakt op een kruispunt LRVA, ook zo’n slaapstadje met wat jongelui op de hoeken van de straten die niks staan te doen.
Het is een redelijke weg om te rijden. In Cradock was het even zoeken naar Die Tuishuise, onze overnachtingsplek, omdat de routebeschrijving niet klopte. Maar na goed kijken en vragen werden we naar ons huisje gebracht na eerst ingecheckt te hebben bij het hoofdgebouw “Victoria Manor”. Langs de straat staan veel huisjes met heel aparte namen die bij het complex horen. Allemaal een tuin erbij. Leuk om te zien. Wij worden naar Victoria House gedirigeerd. Wat een luxe … onze monden slaan open van verbazing.
Een grote eetkeuken met alles er op en eraan (de tafel compleet gedekt met een heel oud servies en de rest is ook heel ouderwets ingericht, grootmoederstijd en nog verder terug).
Een woonkamer van 6 bij 7 met TV enz. 3 slaapkamers en 2 badkamers. Voor de auto een garage en een tuin met rozen, citroenbomen. Ik raak telkens de weg kwijt met al die kamers en gangen. Wat een verschil met ons verblijf van de afgelopen 2 dagen in Lesotho. Echt een cultuurschok. Na 2 dagen ons niet hebben te kunnen wassen (en douchen) omdat het water zo vervuild was, hebben we eerst maar eens een lekkere warme douche genomen.
Daarna zijn we gaan eten in het hoofdgebouw bij kaarslicht. Echt romantisch terwijl we in Malealea na 10 uur ’s avonds geen elektra hadden en een kaars moesten aansteken omdat we anders niets meer konden zien. Dit ervoeren we niet als romantisch, we zijn tenslotte niet net op huwelijksreis, maar als bittere noodzaak. En nu hebben we kaarslicht en vinden we het super romantisch.
Hoe groot kunnen de verschillen zijn binnen 24 uur. Ook het eten op zich was van een heel goeie kwaliteit in tegenstelling tot wat voor een schapenkoppen we in Malealea hebben voorgeschoteld gekregen.
Maar Lesotho heeft wel ons hart gestolen. Zulke lieve mensen, zo tevreden met niets of het weinige wat sommigen wel hebben. Ze zwaaien en roepen goeiedag naar je met zo’n open en blije blik in hun ogen. We zijn erg blij dat we Malealea tijdens onze reis hebben mogen meemaken. We gaan als we thuis zijn Het Malealea Development Trust financieel ondersteunen, want er wordt heel veel werk door deze organisatie verzet wat ten goede komt aan dit dorp en de vele weeskinderen die we o.a. bij het schooltje van “opper” juf Julia hebben ontmoet.
Nu back to luxe met onze 2 badkamers en spiegels waar je de rimpels weer ziet. Ieder nadeel heeft zo zijn voordeel!!
We kunnen kiezen tussen 3 slaapkamers, wordt het een hemelbed of … ?
Wij dromen nog even verder ….. welterusten mensen!
Village walk en nog veel meer.
maandag 9 november 2015
Malealea (tweede dag)
Vanochtend na een goeie nachtrust weer vroeg wakker. Vanaf 7.30 uur kun je hier ontbijten, maar ook dit gaat niet zoals we gewend zijn. Veel ontbreekt maar uiteindelijk krijgen we toch nog wat toast met eieren erbij. Om 8.45 uur starten we met de “village walk”. De gids die ons begeleidt probeert ons op z’n beste Engels de nodige dingen uit te leggen.
Aan het begin van het dorp zien we een aantal dagwinkeltjes, opgetrokken uit zinkplaten. Eén ervan is open en we gaan naar binnen waar de hitte ons tegemoet komt. De vrouwelijke uitbater is een grote bak olie aan het verwarmen om later chips en pancakes te bakken. Verder verkoopt ze wat fruit, aardappels en tomaten die allemaal geïmporteerd moeten worden uit Zuid Afrika. Het is nog te vroeg voor pancakes dus we geven haar wat geld voor de “rondleiding”. We lopen verder en komen enorme cactussen en agaveplanten tegen.
Van de cactussen wordt Aloë Vera gewonnen en van de agave een soort vaseline . Ook maakt men van de agave meubels. Eigenlijk wordt alles wat los en vast zit gebruikt. Tot opgestapelde blikjes aan toe die dienst doen als tafel. We komen langs perzik- en abrikoos bomen. We lopen steeds verder het dorp Malealea in dat gevormd wordt door een veertiental kleinere dorpjes met en inwonertal van 100 tot 600 mensen per dorpje. Onderweg zitten er een paar vrouwen op stoeltjes of op de grond en ik vraag of ik foto’s mag maken. Yes…. (als je het maar van te voren vraagt is het meestal goed, vertelde onze gids). Ze poseren leuk alleen de lichtval is niet super, dus geen details in de gezichten.
Evengoed vriendelijk bedankt en we lopen nu naar een gebouwtje met een gele vlag in top, wat betekent dat het eigen gebrouwen bier klaar is. Beetje vroeg op de dag, hahaha. Na uitleg hoe dit gebrouwen wordt mogen we het proeven, met het advies niet door te slikken. Het ziet er niet uit en lijkt niet eens op bier. Het ziet er dik, gelig en papachtig uit hoewel het er enigszins naar smaakt. Gauw maar weer uitspugen. We gaan weer verder en komen bij een grotere woning waar een vrouw in redelijk Engels uitlegt waarvoor alle “handcraft” die zij heeft gemaakt en verkoopt dient. We komen langs een kleine begraafplaats waar de doden alleen op zaterdag begraven worden, dit omdat eerst alle familieleden ingelicht moeten worden en ze de gelegenheid hebben om naar het dorp van de overledene te kunnen komen. Er wordt een schaap en een koe voor de familie klaargemaakt die dit als afscheidsmaal eten. Ook kleedt de direct betrokken familie (man of vrouw van de overledene) zich 40 dagen in het zwart als soort van rouw om daarna weer gewoon blanco verder te kunnen gaan. De graven zijn erg eenvoudig, sommigen met een steen maar ook een paar met alleen een hoop zand.
We gaan nu richting school. Onderweg komen er twee kindertjes op ons afstormen met één handje omhoog. High Five … wat dacht je daarvan. Geweldig … ze blijven doorgaan en zeggen ook high five. Hannie fotografeert de kindjes en geeft ze constant een high five … wat een smoezelige handjes, heel vuil, maar het maak niet uit. “High Ten” heb ik ook ingevoerd toen ze met beide handjes omhoog gingen. Wat een lol hadden we.
Bij het schooltje aangekomen zitten de kinderen nog buiten. Ze hebben net ontbijt gehad. De meeste kinderen hier zijn wees. Ze zijn heel spontaan en spelen met Hannie een kiekeboespel. Door de hoofdjuffrouw wordt er een klas naar binnen gestuurd. Ze kruipen zowat in je fototoestel terwijl je steeds zegt dat ze iets achteruit moeten gaan staan omdat ik anders geen foto van ze kan maken.
Ik laat ze daarna het plaatje op mijn toestel zien en dat brengt nog meer tumult teweeg. Iedereen wil erop en voordringen. Wat een geweldig moment voor hen dat ze zichzelf terugzien op het plaatje. Ik word geplet en ga op een gegeven moment de klas maar uit.
Na uitleg door juffrouw Julia over het schoolsysteem, nog een kijkje bij de voedselopslag dat vanuit het World Food Project wordt gesponsord.
Buiten is een vrouw bezig het middagmaal voor de kinderen te bereiden. Een soort van pap. Dit zijn de enige maaltijden die de kinderen krijgen. En dan alleen de kinderen die op school zitten.
Het is ook nog zo dat alleen kinderen die een uniform hebben op school mogen komen. Triest als je je geen uniform kan permitteren. Die kinderen zwerven langs de kant van de weg op zoek naar voedsel. Na nog een praatje met juffrouw Julia (een al oudere vrouw) en haar collega’s doen we een donatie.
We komen wat later bij weer een handcraft winkeltje en Hannie koopt daar maar een armbandje van kraaltjes voor 35 rand (is 2,50 euro). Onze gids vertelt dat er pas geleden een 5-jarig meisje is overleden door het drinken van het vieze water. Het doet zo’n zeer om dit te horen. Vreselijk toch.
Tijdens het werk dragen de vrouwen hun kinderen in een doek op hun rug en als ze zitten dragen ze het kind voor zich zodat ze aan de borst kunnen liggen om te drinken als ze behoefte hebben. De kinderen wiebelen lekker heen en weer en blijven zo contact houden met hun moeder of grootmoeder … heel anders dan in Nederland waar je in de wandelwagen wordt gelegd. Hier voelen de kinderen constant contact, de warmte, liefde. Bij ons is het in vergelijking daarmee maar een kille bedoening.
Dan een enorme tegenstelling in deze armoede in hetzelfde dorp, een luxe bungalow met een hoog hek erom heen en een dikke pick-up truck voor de deur, alarminstallatie, etc. Niet te geloven … is dit een sponsor ofzo????
Na terugkomst bij de lodge gaan we eerst naar de Coffee Shop voor een koffie. Na de lunch gaan we zelf een wandeling maken over de dirty road. Hoewel het erg warm is genieten we volop van de geweldige vergezichten. Maar ook zien we de armoede om ons heen.
We komen veel hoeders tegen met hun kuddes vee. We maken een praatje met een herder die heel trots verteld dat de vijf schapen die hij heeft van hem zijn. Geweldig om te zien hoe blij en trots hij is. Fotooooootje natuurlijk!!!
We lopen na een paar uurtjes weer terug en verbazen ons over de blije mensen en hun bezittingen. Opnieuw komen we een paar schoolkindertjes tegen, ze zijn wat verlegen maar vinden de camera ook wel interessant.
We krijgen ‘s avonds een ander soort maaltijd en toetje, iets wat in ieder geval te herkennen was en lekker smaakte. Wat hebben we vandaag genoten van al die spontane kindertjes. Daar word ik echt blij van.Om 22.00 uur gaat het licht werderom uit en ook nu genieten we van de heldere sterrenhemel.
Meer info over Lesotho staat in het blog van 3 november 2015
Via de westkant van Lesotho naar Malealea
zondag 8 november 2015
Van Aliwal North naar Malealea in Lesotho
Lekker geslapen in een rustige buurt en vanochtend van 8 tot 9 ontbijten. Met de beheerster meer dan een half uur zitten praten. Een bevlogen vrouw die alle goeds wil voor de medemens. Ze heeft een prachtig perceel met mooie witte huisjes erop.
Ze doet aan veeteelt, verbouwt sojabonen, heeft fruitbomen en heeft een winkeltje in de ontbijtzaal met diverse soorten jam, sieraden, bestek én de kerstspulletjes staan al klaar. We zouden bijna vergeten dat Sinterklaas en de kerstdagen eraan komen (hier is het bijna zomer). Het is vandaag gelukkig ook weer zonnig. Het Guesthouse ligt net aan de overkant van de rivier “Oranje”. Wat zijn we blij dat we voor dit onderkomen hebben gekozen, zelf veranderd vanwege de slechte recensies van 2 andere guesthouses (waaronder de Riverside Lodge) Daar wil je voor je verdriet nog niet overnachten. Wat een lawaai en het ligt ook in een ongure buurt. Vlakbij ons Guesthouse is sinds een tijdje een Moslimgemeenschap gevestigd met de daarbij behorende oproep tot gebed, het welbekende deuntje. Hier zijn de bewoners niet echt blij mee (locals en blanken) Ook met de huidige president Zuma niet!
Om 9.45 uur getankt en het is nu erg rustig op de weg. Ook geen krotten te zien, alleen natuur en ….. jawel …. een wegblokkade, nu om lijntjes te trekken op het asfalt. Een tijdje in de hete zon staan branden tot de tegenliggers voorbij zijn en wij door kunnen.
Op naar de grenspost voor een visum zodat we Lesotho binnen kunnen rijden. We zijn op Ruud z’n verjaardag al in Lesotho geweest, maar nu gaan we via de westzijde het koninkrijk bezoeken. De crossborder papieren van de auto hebben we al eerder geregeld.
Vandaag zijn we 2 weken in Zuid Afrika aan het toeren. Het lijkt vergeleken met de trip in de USA dat we hier al veel langer zijn.
We hebben nu 2 wegblokkades gehad en het is 10.00 uur. We rijden Rouxville in (1863) en slaan af naar de R 26 richting Zastron. Dit stuk route lijkt echt op sommige van de highways die we in de VS hebben gereden. Het is hier echt georganiseerder, geen townships, geen vee op de weg, geen mensen te bekennen. Af en toe een tegenligger. Nog 58 km te gaan naar Wepener, waar de grenspost in de buurt ligt. Het is nu echt ontspannen rijden en we genieten van het uitzicht. Regelmatig de auto uit om foto’s te maken.
Grote cactussen langs de weg die in bloei staan. Prachtige gele bloemen die het landschap opfleuren. We passeren een B & B met de naam Vlissingen en passeren de rivier “Wit”. De koeien liggen in de volle zon, geen afdak te vinden of bomen waar ze de schaduw kunnen opzoeken. Ze staan achter de omheining dus nu geen plots overstekend wild.
Ik zie in tegenstelling tot wat ik net schrijf dat er een kleine kudde bij de weg loopt, maar wel onder begeleiding van een herder.
Tegen half 11 slaan we rechtsaf richting de grens van Lesotho. We zien een gevangenis en redelijk wat mensen die van Lesotho richting Zuid Afrika lopen. Een vuilnisbelt waar alle plastic in het rond vliegt, wat een chaos om te zien. We zijn nu bij de Van Rooyenshek Border Control. Tijd voor de papieren. In onze paspoorten weer 4 stempels erbij via 2 kantoortjes. Eén voor het verlaten van Zuid Afrika en één voor het binnengaan van Lesotho. Warm hier en veel wind en wat een chaos bij de grens. Hier langs de weg heel veel winkeltjes van de lokale bevolking. Geen winkeltjes die wij normaliter zien maar krotten van golfplaten, roestig, scheef. Echt niet normaal. Hygiënisch is het allerminst.
De koeien en schapen lopen hier weer los. Wat een armoede hier. Af en toe een mooi huis maar het meeste is toch van verroestte golfplaten gemaakt. Sommige hebben zowaar een bloementuintje. Dit is ongelooflijk …. nog erger dan in Zuid Afrika maar de uitzichten op de bergen zijn werkelijk amazing! We zijn al aardig dicht bij ons onderkomen voor de komende 2 nachten. Af en toe er eens uit maar de armoede is nauwelijks vast te leggen op de plaat. Dit moet je met eigen ogen zien. Er zijn niet al te veel plekken waar je kunt stoppen. Kinderen die vanaf de kant van de weg roepen: “Give me some food”. Te erg voor woorden. Hartverscheurend.
Nu een super dirty road, bochten, keien, en op een gegeven moment zien we een bord met de tekst “”The Gates of Paradise” (op 2001 meter hoogte). Een prachtig uitzicht over de vallei en de bergen. Het is meer : The Gates of hell” als je de weg bekijkt en erover heen rijdt.
Nog 6 kilometer te gaan. Het laatste stukje rijdt er een rode Toyota pick-up voor ons met als ik goed heb geteld zo’n 15 mensen in de laadbak. Ze zwaaien en gebaren dat we er wel langs mogen. Dat hoeft echt niet .. je kunt toch niet harder rijden. Gezelligheid troef met die gasten. (We hoorden van onze gids bij de Sanipas dat als er en busje helemaal vol is met mensen en hun goederen dat ze zelfs dan nog zeggen “and two more”. Alles wordt erin gepropt. Vanaf die tijd zeggen wij dus ook “and two more” als we een taxibusje of personenauto zien die afgeladen is.
We komen al hortend en stotend aan op de plek waar we wezen moeten en krijgen eerst een rondleiding over het “resort”. Het heet hier Malealea Lodge Farm house. Ze hebben een coffee shop (niet zoals bij ons natuurlijk) en een bar met allemaal petten aan het plafond. Het hangt helemaal vol, net als de recreatie ruimte … een wand vol met visitekaartjes van all over the world. En alles heel primitief.
Van ’s avonds 6 tot 10 hebben we stroom en verder ’s nacht en overdag niet. Maar we hebben kaarsen staan op de kamer staan. Nu eerst een stukje blog typen met een biertje voor Ruud erbij. Het water is hier geel/oranje en absoluut niet drinkbaar. We hebben flessen water bij ons en zelfs het tandenpoetsen gaat met flessenwater. Het heeft hier al zolang niet geregend (en het is nu regentijd) waardoor er geen “schoon” water meer is in het dorp. Wij kunnen het, ook al zou er veel regen zijn gevallen, toch niet drinken. Triest voor de mensen die hier wonen. Hun oogst staat er belabberd bij.
Om half 6 begon het plaatselijke koor te zingen en later een bandje met eigengemaakte instrumenten. De gitaren zijn van vierkante blikken met ijzerdraad eroverheen, die dienst doen als snaren, gemaakt. Heel primitief, maar wat een levenslust. Super leuk om te zien en te horen, ze dansen er ook nog bij, geweldig. Fooien zijn welkom dus de kist gaat na het optreden open en dan kunnen ze de buit verdelen.
Om 7 uur konden we gaan eten. Een prutje van rijst, erwten, wortelen en lams/schapenvlees. Dikke en dunne stukken bot tussen het vlees. Je weet echt niet welk deel van het schaap je zit te eten, kan wel eens schapenkop zijn of de ballen. Het was wel lekker pittig. Meestal is schapenvlees zo ranzig, grijs met veel vet, en ik hou er niet van. Hier zijn de kruiden zo overheersend dat je geen vlees meer proeft dus dat is een meevaller. Nog een toetje van een soort cake met custard vla erover gegoten.
Na het eten terug naar onze rondavel gelopen (nr. 5) Het is stikdonker en we zien een heel heldere sterrenhemel. Echt te gek om te zien, nergens lichtvervuiling. Super genieten dus. Zo dadelijk gaat het licht hier binnen ook uit., dus doen nu rapido alles waar we nog electra bij nodig hebben.
“Groeten uit de rimboe”….. !
Wederom naar het noorden … met een tussenstop in Aliwal North!
zaterdag 7 november 2015
Van Coffee Bay naar Aliwal North
Na een uitgebreid ontbijt zijn we om 7.15 uur vertrokken. Boven zee hangt er mist en er is bewolking. Direct na het verlaten van het resort breekt de zon af en toe door. Eerst een stuk gravelweg (opgebroken) terug naar Mthatha vanwaar we richting Queenstown rijden. De mensen hier staan erg vroeg op, weekend of niet, het maakt niet uit. Ze slenteren over de weg, sommigen op blote voeten. De busjes rijden toch en zetten mensen af en pikken ze op. Toch werken en naar school?
Tot nu toe hebben we 2000 kilometer gereden en zijn 11 dagen onderweg. Bijna een hond geplet. (Ruud dierenvriend tot de 3de macht). In dit gebied zien we beduidend meer honden dan in het noorden. Wilde honden? Kwee nie … kan Ruud vragen om even uit te stappen en kijken wat er gebeurt. Ooit met een paar honden begonnen en die fokken zelf wel door … inteelt .. wat gebeurt er met hersens van die honden … Ruud blijf maar zitten!!!
Vol op de rem voor een paard (Ruud dierenvriend tot de 4de macht). Om 9 uur zijn we in Mthatha en hebben we 85 kilometer afgelegd. Vanaf hier rijden we de R 61 op … en werk in uitvoering. We hebben een twee baans weg wat ook niet erg opschiet. Om de 300 á 400 meter een drempel dus helemaal op de rem en weer optrekken. We moeten nog 400 kilometer. Dit had M. kunnen weten, net als de meeste wegwerkzaamheden die we al hebben gehad. Staat duidelijk bij “Road under construction van november 2014 tot november 2017”. Hier zit je niet op te wachten tijdens je vakantie. Onderweg moet je ook kunnen genieten van de omgeving. Dit gaat al dagen zo. Nog 161 km. naar Queenstown. Rechts zien we een bord met daarop “Walter Shisalu begraafplaats”. Zal wel een belangrijk persoon zijn geweest.
De rondavels zoals we ze de afgelopen weken hebben gezien hebben ze hier ook, alleen geen dak van riet maar van zinkplaten. De shit houses hebben ook een andere vorm, meer een parabool om te zien.
Inmiddels is mijn grote dierenvriend al ver over de 10de macht … ik stop met tellen. Het blijft maf dat ze zo voor je wagen voorbij lopen ook als je 100 mag rijden op sommige stukken. We komen diverse droog liggende rivierbeddingen tegen. Om 11.00 uur zijn we in Cofimvaba.
De eerste verkeersboete is binnen voor te hard rijden op de R 61. Denk je wat tijd in te halen, heb je dit! Af en toe van die stukjes weg waar je maar 100, 80 of 60 mag rijden. Net mis dus. En cash betalen á 2000 Rand! Geen creditcards. Uiteindelijk zonder bon hebben we 1200 Rand moeten betalen. Wat een corrupte bende zeg. We reden 84 waar we blijkbaar maar 60 mochten. Anderen komen ons constant voorbij scheuren en kunnen gewoon doorjakkeren! Ze hebben wel een opname laten zien en het was toch echt politie.
Dit laatste stuk op weg naar Queenstown lijkt op de eindeloze highways in de USA. Bergen naast en voor je en dan omhoog en omlaag zover het oog rijkt.
Net nadat we de N 6 oprijden zijn we gestopt langs de kant van de weg (zo rond 12 uur) en hebben brood gegeten en koffie gedronken net 18 km vóór Queenstown. Aliwal North staat nu op een wegbewijzeringsbord en nog 183 km te gaan. Buiten is het erg heet terwijl het wel bewolkt is. We naderen de stad en hier beginnende townships. We hadden net hiervoor een stukje waar bijna geen huisjes (lees krotten) staan.
Vanaf hier heb ik mijn fototoestel weer gepakt en ben foto’s gaan maken. Getankt in Queenstown en geld gepint want door de boete gaan we aardig snel door onze cash heen.
Na de stad worden we weer getrakteerd op mooie bergformaties. Het is bewolkt en daardoor zien we wat minder detail qua kleuren. We steken de rivier de “Jordaan” over en we komen langs de afslag van het plaatsje “Dordrecht”. Nu weer een eenrichtingsweg wegens wegwerkzaamheden. Even wachten voor we erop mogen. De dames die de wegblokkade open en dicht schuiven zijn niet echt gecharmeerd van een foto die ik door het open raam maak. Als ik wanneer we wegrijden zwaai lachen ze en zwaaien ze toch nog. Gewoon vriendelijk blijven.
Na 500 meter opnieuw wachten … hetzelfde ritueel. Hier op de N 6 lopen geen koeien of schapen op de weg. Uitzonderlijk toch?
Het is hier een onbewoond gebied, waarschijnlijk zien we daarom geen vee op de weg lopen of langs de kant grazen. Het gaat nu licht regenen en hebben nog 63 kilometer te gaan naar Aliwal North, onze eindbestemming (tussenstop) voor vandaag.
We hebben ons kapot gezocht naar La Riviera Guesthouse. Stond aangegeven dat het aan de Van Speyk Street ligt. Aan de politie gevraagd en die wist ons ook niet te vertellen waar het Guesthouse te vinden was. Aan een paar meiden op straat …. noppes nada…. Daarna aan een mevrouw die in haar tuin stond. Eindelijk raak … die stuurde ons de goede kant op. Blijkt La Riviera Guesthouse helemaal niet aan de Van Speyk Street te liggen. Bijna alle huizen hier hebben een omheining met alarminstallatie, doet zo onvriendelijk aan. Je kunt aanbellen maar ze staan je niet eens te woord bij het hek. Je zoekt je echt een slag in de rondte, dus dit zullen we doorgeven aan M. dat de route zoals beschreven niet klopt, we zitten in een totaal verkeerde wijk.
We arriveren bij het Guesthouse, een terrein met veel witte huizen, tuinen, zitjes, etc. We krijgen een mooie kamer (nummer 5) en zijn de enige gasten blijkt de volgende ochtend. Vanavond eerst nog gegeten in het dorpje en nu lezen en ontspannen. Het regent en we hopen dat morgen de weg naar Lesotho te berijden is in de modder wat je ongetwijfeld gaat krijgen na een nacht regenen.
Nog een stukje info over Aliwal North:
Aliwal North is vernoemd naar het beroemde slagveld Aliwal in India waar Sir Harry Smith, later gouverneur van de Kaap, in 1846 de Sikhs versloeg. Het stadje is strategisch gelegen aan een doorwaadbaar deel van de Oranjerivier, door Bosjesmannen en Voortrekkers gebruikt om de rivier over te trekken. In 1872 werd een ponton gebouwd. Toen de trein vanuit East London in 1855 het stadje kon bereiken, groeide het snel, maar dat veranderde toen de belangrijke spoorwegverbinding naar de Oranje Vrijstaat het stadje links (= rechts) liet liggen. Vandaag staat Aliwal North bekend om z’n warmwater bronnen die hoge concentraties mineralen en gas bevatten. Leuk om te weten is dat de concentratie van gassen van de bronnen zo hoog was, dat het eerste restaurant dat zich in het stadje vestigde zijn fornuizen op dit gas kon stoken. Ook zegt men dat de minerale bronnen geneeskrachtige kwaliteiten zou hebben. De hoge concentratie van mineralen zouden aandoeningen zoals reuma en artritis helpen te verlichten. Bij Aliwal North kun je ook de oude San rotsschilderingen ontdekken in de grotten van de omgeving. Het nabijgelegen Buffelspruit natuurreservaat is de thuisbasis van honderden antilopen en buffels. Zebra's en Oryx zijn ook opnieuw ingevoerd naar het park.Verder is het een centrum voor landbouw en veeteelt, waar vooral wol, maïs, graan, rundvlees en zuivel wordt geproduceerd.
Het dorp waar Nelson Mandela is geboren en begraven.
vrijdag 6 november 2015
Van Mbotyi naar Coffee Bay
Een stuk terug naar Lusikisiki al hotsend en klotsend gereden (19 km lang). Na een uur … zo die hebben we gehad. Onderweg komen we nog 3 vrouwen tegen die met takkenbossen op hun hoofd lopen. Ik kan er gelukkig een foto van maken (uit het zijraampje), ze poseren zelfs voor me en lachen breeduit. (we hebben dit al diverse keren gezien, maar dan kun je niet stoppen).
De zwarte bevolking woont in krotten maar de zwervers lopen hier ook rond. We weten niet of zij wel af en toe onderdak hebben. We komen een bord tegen met de tekst: 133 bends to go (to the Spar). We zijn een eind gedaald en nu gaan we weer klimmen. Weer een bord: Halfway, only 68 bends to go! Nog heel wat bochten te gaan, we hebben ze niet geteld, whaha. Stel je voor dat het niet klopt, dan moet je weer terug om het nog eens te tellen, whoeha....
Komen we een bocht omzeilen en staat er een koe midden op de weg (niet van de foto hierboven). Boven op de rem …. we liggen in een deuk. Dit zie je toch echt nergens in Nederland (misschien een rendier op de Veluwe, dat kan dan nog). Overal zie je koeien, geiten en schapen op de weg (nog steeds). Maar deze zagen we niet aankomen. Hij staat ons zo sloom aan te kijken. Weer een koe gered én de auto! We krijgen nu weer uitzicht op de oceaan. We zitten bij Port St. Johns en steken een werkelijk vieze bruine rivier over. Direct daarna naar rechts naar Mthatha. We komen een plaatsje Ghetto tegen. Weer zo’n leuke naam.
Weer een Vlagkaffer en hebben oponthoud. Het tegenoverliggende verkeer mag eerst. Het is hier rond 11.00 uur al bloedheet, heel anders dan bij de oceaan waar een koele wind staat. Vanochtend trouwens wat minder wind aan de kust maar we kunnen niet blijven. Again een dirty road .. een detour naar Mthata en een dirty road … again and again and again, ze zijn niet meer te tellen.
De krotten langs de kant hebben wel veelal een schotelantenne en mensen lopen ook met mobieltjes rond.
Om half 1 zijn we eindelijk in Mthatha (124 km totaal in 4 uur) . We rijden nu op de Nelson Mandela Road. Een groot terrein met universiteitsgebouwen, normale huizen, geen krotten te zien! Net hiervoor nog een drukte en een ontzettende troep in de stad. Wat kan dat snel veranderen.
We zien de afslag die we moeten hebben maar we gaan eerst nog een stukje door naar Qunu, het dorpje waar Nelson Mandela is geboren en begraven. We komen bij het Nelson Mandela Museum en vragen daar waar we het huis kunnen vinden waar hij geboren is. Niet erg duidelijk is de omschrijving en we zien het ook niet. Later horen we dat de commercie heeft toegeslagen en er minstens 10 huizen zijn gebombardeerd als “het” huis waar hij is geboren. Hier heeft o.a. zijn familie gewoond en niet Nelson zelf.
We zijn teruggereden (tijd hè) want ik wil graag de “Hole in the Wall” zien. Dat schijnt vanaf het Ocean View Hotel (de bocht nog om en over de rotsen heen) ook te zien te zijn. Ruud snapt er geen bal van … we hebben al zoveel holes gezien (maar dan in de weg) en jij kan er geen genoeg van krijgen! Om 15.15 uur aangekomen bij het hotel in Coffee Bay. Eerst ( hier ook uitzicht op de oceaan) naar de zee gelopen.
Het is bewolkt en er staat een koude wind. Op het strand, net tegen het hek van het resort, staat een vrouw haar eigengemaakte sieraden te verkopen. Veel klandizie heeft ze niet, want er zijn maar weinig mensen die nu op het strand lopen.
Na ons korte wandelingetje op het strand, je wil vaak ook nog even om de bocht kijken of daar wat moois is te zien, gaan we buiten op de strandstoelen liggen met een drankje. Hannie neemt Pina Colada …. en dat is al heel wat jaren geleden dat ze dat heeft gedronken . Dit lijkt niet op wat ze op de Antillen maken. Jammer want die was echt héééél lekker (elke ochtend rond een uur of 11 half 12 een glas en later op de middag nog één … jammie!).
Vanavond douchen en er zit een salamander in de douchebak die er door de gladde wanden niet uit kan komen. Dat werd dus slalommen, getver wat een enge beesten als je daar in je nakie staat. Ruud heeft hem gered (nog steeds een grote dierenvriend … en nu in het kwadraat).
Daarna een uitgebreid buffet. Lekkere dingen en ook de toetjes waren weer prima. Na het buffet kwam het keukenpersoneel binnenzetten met trom, zang en dans. Geweldig wat een enthousiasme en spontaniteit. Zo leuk om mee te maken met big fat mama voorop. Hoop dat de foto’s zijn gelukt met de hoge ISO en het constante bewegen van de “Band”. Het was weer een hele belevenis.
We lezen op internet dat het in Nederland 15 graden is, dat is erg warm voor de tijd van het jaar. Hier is het zo wisselend (bijna zomer). Van -2 tot ver over de 30 graden..
Morgen hebben we een lange reisdag voor de boeg. Hopelijk kunnen we flink doorrijden!
Bye bye en tot morgen!
Met de voeten in de Indische Oceaan!
donderdag 5 november 2015
Mbotyi
Vanochtend horen we dat de trip naar de 3 watervallen niet doorgaat. Ze rijden alleen als er minimaal 4 mensen zich hebben aangemeld. Helaas voor ons. Waterval Bluff (die uiteindelijk in de oceaan van grote hoogte naar beneden raast) gaat ook niet want we hebben hier ook een 4x4 voor nodig.
Ruud wil wel als waterval fungeren door te gaan plassen in de oceaan en ik de straal kan fotograferen maar wil ik een mooie softe waterval krijgen dan moet ik met de big stopper werken en lang belichten en Ruud kan natuurlijk geen minuut achter elkaar een straal produceren, en tegen de harde wind in plassen … dat gaat ‘m niet worden….hahaha!
We besluiten een strandwandeling te gaan maken. Eerst naar links en we lopen naar de lagune met lekker warm water. Hier trekken we onze schoenen uit en waden er doorheen. Veel puntige stenen op de bodem dus oppassen. Daarna het strand op en eerst de Indische oceaan in. Wat een belevenis, hoge golven, echt te gek.
Er liggen krabben op het strand, dood dat dan weer wel. Aangespoeld en ook zeegras achtige in verschillende kleuren (koraal?). Op de stukken waar zand ligt worden we gezandstraald. Alles is zout, ook de zonnebrillen slaan wit uit door het zout.
Nog zoiets aparts: hier lopen koeien langs de oceaan. Geen zand te bekennen maar wel wat gras en veel rocks (erg grote). Ze strompelen hier rond. Dit zijn dus de Afrikaanse zeekoeien. Dat we die toch nog een keer hier in het echt tegenkomen .... een unicum toch, whahaha!
Na de nogal lange wandeling zijn we gaan lunchen in het hotel. Daarna wat blogs gemaakt want ik loop aardig achter. Ook nog een eind gelopen in de omgeveing van onze Lodge. Ook hier weer armoedige huisjes met de toiletten buiten.
Mensen die af en aan sjouwen, en uiteraard vee langs de kant van de weg.
Vanavond een 4 gangen menu gehad, erg zoete gerechten. Het toetje, ook zoet was wel erg lekker, maar dat mag ook wel zoet zijn.
Jammer dat we hier geen internetverbinding hebben want mijn laptop doet weer normaal. Kan ook foto’s bijsnijden zodat het minder MB’s per foto wordt. Dat kan ik wel uploaden op ons reisblog. Maar ik heb ook geen zin meer om zolang achter de PC te blijven zitten omdat ik de foto’s die we willen laten zien nog uitgezocht moeten worden.
Het was een heerlijke rustdag aan zee en nu lekker slapen met op de achtergrond de bulderende oceaan.
Van de ene verbazing naar de andere ....!
woensdag 4 november 2015
Van Underberg naar Mbotyi
Om half negen vertrokken na een chaotisch ontbijt. Het was er zo druk door een club motorrijders en een heel groot familiegezelschap dat er hulptroepen ingeschakeld moesten worden. De auto hadden we al ingepakt en we vervolgen onze weg via de R617 richting Kokstad.
We steken de rivier Mzikikulu over (we komen er onderweg veel tegen maar vóór ik de naam op papier heb ben ik alweer vergeten hoe je het moet schrijven.
We rijden langs Rare Earth, ook de naam van een band met het bekende nummer “Get Ready”. (zie onder het kopje video de extra lange versie van dat nummer). En Valley Lakes aan onze rechterkant. Na drie kwartier zijn we de Drakensbergen voorbij. Indrukwekkend? Nee niet echt als je er alleen maar langsrijdt. We hebben van een aantal mensen gehoord dat ze prachtig zijn en dat je die echt niet moet overslaan als je in Zuid Afrika bent. Zijwegen (dirty roads) zijn er wel maar dat kost teveel tijd. En tijd om te wandelen hebben we niet. Dus erg blij dat we gisteren de Sani Pass hebben gereden, Daar waren de Drakensbergen echt heel mooi om te zien (met sneeuw op de toppen omdat het ’s nachts gesneeuwd had). Je kunt daar alleen met een 4x4 komen maar die hebben de meeste toeristen niet). En bovendien, als je gereden wordt zie je zoveel meer, vooral Ruud. Hij hoeft niet op de weg te letten, ideaal.
Nog een paar laatste foto’s van de Drakensbergen gemaakt voordat we afwijken naar het zuidoosten.
Weer een “kudde zwartwerkers”. Dat zijn de wegwerkers die langs de kant bij de wegwerkzaamheden staan te kijken. Niemand doet echt wat … maar er wordt wel een blik met zwarte mensen open getrokken. Ach, denk maar zo, ze verdienen er tenminste wat mee. Ze hebben het toch al zo arm en kunnen het geld goed gebruiken.
Opeens een soort “das” voor onze auto. Ruud heeft hem gespaard door op de rem te trappen. Diervriendlijk als tie is. We rijden nu door Kokstad via de N2 en hebben er getankt. Wat een drukte hier. Veel zwarte mensen die over straat steken, wandelen, bepakt met boodschappen (op hun hoofd etc.). Het doet zo triest aan, zonder perspectief op een beter leven. Dat is eigenlijk overal zo waar we tot nu toe zijn geweest.
Het vee loopt zoals gewoonlijk ook hier weer op straat. Stoppen, en als het kan weer verder. De koeien hebben alle tijd wat dat betreft.
Kokstad werd vernoemd naar het Griqua stamhoofd Adam Kok III. In 1860 woonde in Griquastad een Griqua stam die zich afsplitste en onder de leiderschap van Adam Kok III, een afstammeling van een kok, een eigen stam vestigde. Deze stam verhuisde eerst naar Philipolis en vervolgens over de Drakensbergen naar de omgeving van het hedendaagse Kokstad. Ze noemden de berg waar ze neerstreken Mount Currie, naar Sir Walter Currie die hen steunde. De Griquas vestigden zich op de steile berghelling en woonden in hutten gemaakt van klei. In 1869, toen Dominee William Dower door de Griqua’s werd gevraagd om een missiepost te vestigen, stemde hij daar in toe op voorwaarde dat ze naar een meer toegankelijke plek zouden verhuizen op de oevers van de rivier Mzinhlava. Kokstad werd op deze locatie gesticht. Het eerste hotel in de stad, het Royal Hotel, werd door een Afro Amerikaan geopend. Hij was ook de eigenaar van een dagblad – de Kokstad Advertiser – dat in 1881 van de pers rolde. Kokstad werd in 1892 een gemeente. Het originele Kokstad van 1863 is een museum en ligt ongeveer 3km buiten de stad aan de Swartberg Weg.
Om 11 uur verlaten we KwaZulu Natal en rijden we de Eastern Cape binnen richting Port St. Johns via een smalle weg. Hier werken ook vrouwen met spades in hun hand langs de kant van de weg.
We slingeren nu verder door de bergen en nemen de R 61 richting Flagstaff (Nee we zijn niet in de USA). We komen een gebouw van de Jehova’s tegen. Je ziet ze hier dus ook. Zouden ze hier ook langs de deuren komen (verplichte kost in Nederland). Maar welke deuren dan? …. De meeste krotten hebben niet eens een deur.
Mensen lopen, liggen of zitten constant buiten in de zon, soms onder een boom.
We rijden door Flagstaff. Er is een markt en één grote chaos. Levende kippen in hokjes op elkaar gestapeld en een enorme rotzooi langs de kant en op de weg. Alles wordt hier maar neer geflikkerd. Alles loopt en rijdt door elkaar, welke weghelft maakt ook niet uit. Moeders en oma’s met baby’s op hun rug die wiebelen al slapend lekker mee. Zigzaggend gaan we verder. Je lacht je echt gek al dat volk wat in de busjes wordt gepropt (we denken dat het gratis vervoer is). Er rijden heel veel van die busjes en ze hebben overal stopplaatsen.
Nu weer een dirty road op naar Mbotyi. Het bord naar de Waterval Bluff zien we wel, maar ook dat is een dirty road en veel kilometers lang. (Later horen we dat je er zonder 4x4 niet eens kunt komen, dus hebben we er verstandig aan gedaan om eerst naar ons verblijf te gaan.)
En weer een verbazing … we zien voor het eerst de Indische Oceaan. Hoge witschuimende omslaande golven. Prachtig!
Aangekomen bij ons onderkomen voor 2 nachten, Mbotyi River Lodge, krijgen we een kamer (upgraded) met uitzicht op zee i.p.v. op de lagoon.
Overweldigend … de vloed is bijna op z’n hoogtepunt dus gauw het fototoestel uit de tas en de zee erop zetten. Geweldig hoge golven die kapot slaan op de rotsen. Sommige foto’s geven het echt mooi weer. Wat een prachtige plek. Je hoort hier binnen de zee tekeer gaan. Kan zo een filmscene zijn met een beach house met dat geweld aan je oren en uitzicht op zee. Het raam sluit ook niet helemaal dus extra hard buldert het er overheen.
Bij de receptie gevraagd of we morgen een guided tour kunnen maken naar de 3 watervallen hier in de buurt, want daarvoor heb je ook een 4x4 nodig om er te komen. Helaas gaat het pas door als er 4 mensen zich hebben aangemeld en morgen weten we of dat gaat lukken.
Vanavond lekker gegeten, een 4 gangen menu. We lopen terug naar onze "gevangenis". We slapen nl. in Block 1 met room (cel) nummer 1, wat ons doet denken aan Alcatraz, whaha!
Morgen gaan we zien of we een tour kunnen maken, zo niet dan gaan we wel langs het strand lopen. We zien dat Shark’s point ook staat aangegeven. Wie weet zien we daar haaien voorbij trekken.
Tot morgen!
Extra informatie over Lesotho!
3 november 2015 EN 8 en 9 november 2015
Extra informatie over Lesotho!
Dit land heeft ons hart gestolen en we zijn erg onder de indruk van dit koninkrijk. We voegen de info nu in (10 november want vanochtend hebben we Lesotho, na een tweedaags verblijf in Malealea aan de westkant weer verlaten.) Op 3 november zijn we er ook geweest, maar dan aan de oostzijde.
Lesotho is een land in Afrika dat geheel wordt omgesloten door Zuid-Afrika. Bij de onafhankelijkheid van het Verenigd Koninkrijk op 4 oktober 1966 kreeg het toenmalige Basutoland de naam Koninkrijk Lesotho. Een gekozen regering werd in ere hersteld in 1993. De hoofdstad van Lesotho is Maseru. Het land is lid van het Gemenebest.
De geschiedenis van Lesotho begint in de 19e eeuw, als Moshoeshoe I tussen 1821 en 1823 de Basotho verenigt als verdediging tegen de Mfecane, een periode van chaos en onrust tussen de inheemse volken van Zuid-Afrika. De Basotho vestigden zich in de Drakensbergen waar ze onder leiding van Moshoeshoe de Mfecane overleefden. Hierna kwamen ze in conflict met de Europeanen in Zuid-Afrika, waaronder de Britten van de Britse Kaapkolonie en de Boeren van de Boerenrepubliek Oranje Vrijstaat. Na drie Basotho-oorlogen met de Vrijstaat accepteerde de Britse koningin Victoria in 1868 een aanzoek van Moshoeshoe om zijn land onder Britse bescherming te stellen. Basutoland werd ingelijfd door de Kaapkolonie, maar na een succesvolle opstand van de Basotho tijdens de Gewerenoorlog in 1884 tot aparte Kroonkolonie uitgeroepen.
Op 4 oktober 1966 werd het Koninkrijk Lesotho onafhankelijk.
Lesotho is de enige onafhankelijke staat ter wereld die volledig boven de 1000 m ligt. Het laagste punt ligt op 1400 m en 80 procent van het land ligt boven de 1800 m. Het klimaat is gematigd en het land heeft droge winters en warme, natte zomers. Het reliëf is meestal hoogland met plateaus en bergen met als hoogste punt de Thabana Ntlenyana op 3482 m hoogte.
Het Sehlabathebe National Park behoort sinds 2013 tot het Werelderfgoed. Op de Voorlopige Lijst (Engels: Tentative List; Frans: Liste Indicative) van het Werelderfgoed staat het Thaba-Bosiu National Monument[5], een geografisch plateau van ongeveer 15 vierkante kilometer, met steile wanden. Het plateau bevindt zich in het district Maseru (gemeente Qiloane). Hier resideerde koning Moshoeshoe I tot aan zijn dood op 11 maart 1870.
Lesotho kent 909 km landgrenzen, volledig als enclave binnen Zuid-Afrika. Lesotho is één van de drie landen ter wereld die volledig omgeven zijn door één ander land (de andere twee zijn San Marino en Vaticaanstad, beide in Italië).
Door de ligging van het land op het zuidelijk halfrond, zijn de seizoenen tegenovergesteld ten opzichte van Nederland en België. Door de hoge ligging van het land is de temperatuur over het algemeen gematigd warm. In de winter, tussen juni en augustus, wordt het aardig koud en in de oostelijke delen van het land kan sneeuw vallen. Het land telt circa 300 zonnedagen per jaar. In de zomermaanden, tussen november en maart, is de temperatuur heet te noemen. Door de hoogteligging kunnen de temperaturen eenvoudig naar extremen doorschieten, tot -15 graden in de winter en 30 graden in de zomer. De gemiddelde temperatuur in de hoofdstad van Lesotho, Maseru, is 15 graden. In het hooggebergte is het hele jaar sneeuw mogelijk. Circa 85% van de neerslag valt in de zomermaanden.
Lesotho is onderverdeeld in 10 districten (Zuid-Sotho: setereke). De hoofdsteden van de districten worden camptown genoemd.
De districten zijn verder onderverdeeld in 80 kieskringen (Engels: constituency) en 129 gemeenten (Engels: community council).
90% van de bevolking is christelijk (katholieken 45%, Afrikaans christelijk 26%, protestants 19%). De overige 10% van de bevolking zijn moslims, hindoes, boeddhisten en Baha'i-volgelingen.
Volgens het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties leeft in Lesotho 68,0% van de bevolking onder de armoedegrens.
De kindersterfte in Lesotho bedraagt 8,3%. Per 100.000 inwoners zijn er vijf dokters. Lesotho heeft zwaar te kampen met HIV en AIDS. In stedelijke gebieden heeft ongeveer 50% van de vrouwen onder veertig jaar HIV. Het percentage besmette personen is één van de hoogste ter wereld, deze bedraagt ongeveer 23,6%.
Lesotho is een constitutionele monarchie en een parlementaire democratie. In de jaren tachtig van de 20e eeuw werd het land geregeerd door een militaire junta, die pro-Zuid-Afrikaans was. De macht van de koning die staatshoofd is, is redelijk uitgebreid, maar de werkelijke uitvoerende macht ligt bij de ministerraad en de traditionele Chiefs. De wetgevende macht berust bij het tweekamerparlement.
Staatshoofd: koning Letsie III, sinds 1996
Regeringsleider: Tom Thabane, sinds 2012
Parlement: Twee-kamerparlement Nationale Vergadering (65 leden) en de Senaat (33 leden [waarvan 22 stamhoofden en 11 benoemde leden]), termijn: 4 jaar
Bestuurlijke indeling: Het land is verdeeld in districten, bestuurd door stamhoofden (Chiefs).
Er zijn drie belangrijke partijen: de gematigd-conservatieve Basotho National Party (steunend op de stamhoofden en de goeddeels rooms-katholieke plattelandsbevolking), de radicalere panafrikaanse Basotho Congress Party (sociaaldemocratisch) en het Lesotho Congress for Democracy.